De Psalmen staan in het Oude Testament. Veel christenen denken dat ze eigenlijk niet meer zo goed passen bij ons eigen leven.
Ja, soms wel. Als wij in de problemen zitten, roepen psalmen soms veel herkenning op – zoals 22, 38, 42 of 69. Als we woorden zoeken om God te prijzen, zingen we graag Psalm 8, 103, 104 of 150.
Maar ‘ze gaan niet eens over de Here Jezus,’ hoor je vaak zeggen.
Toch is dat laatste niet waar. Ze gaan wel degelijk over Hem, en over ons, maar om dat te zien en te beleven, moet je er ook de rest van de Bijbel bij betrekken. Om tot je verrassing te ontdekken dat ze allemaal met de Here Jezus en ons te maken hebben.
Veelzeggend is, dat Hij zelf vaak uit de psalmen citeerde, tot aan het kruis toe! Je weet natuurlijk dat Hij aan het kruis de eerste regel van Psalm 22 aanhaalde: Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten?” Maar weet je ook waarom? Heel deze psalm profeteert van Hem en speciaal ook van ‘Golgotha’, tot in allerlei details. Hij kende die psalm door en door, en daar, op Golgotha, zag Hij het gebeuren. Volg de voetnoten in je kerkbijbel maar: bij Psalm 22 vind je verwijzingen naar alle vier evangelisten. En omgekeerd.
Ook de apostelen citeren vaak uit de Psalmen (in Handelingen en in hun brieven) – let maar weer op de voetnoten. Daardoor kun je er achter komen hoe die psalmen over Christus gaan, en over ons eigen leven.
De meest opvallende voorbeelden: Handelingen 2, 4 en 13.
Een paar psalmen die meer dan eens terugkomen: Psalm 2, 110.
Ook hebben veel christenen de eeuwen door veel troost ondervonden doordat zij ‘met de psalmen leefden’. Ze kenden er veel uit hun hoofd en bewaarden ze als een schat in hun hart, en konden er zo in moeilijke omstandigheden door gesterkt worden in hun geloof.
Daarom is dit een raad die ‘goud’ waard is: sluit de psalmen in je hart!
HVB