“Zon sta stil” zegt Jozua. Eeuwenlang heeft men volkomen duidelijk gevonden: iedereen weet dat de zon elke dag van oost naar west langs de hemel gaat.
Heliocentrisch wereldbeeld
Maar toen kwam Copernicus, en na hem Galileï (16e eeuw). Deze geleerden betoogden dat de aarde om de zon draait, en niet de zon om de aarde. Kun je dan nog wel zeggen, zoals Jozua: “zon, sta stil”? Hanteert de Bijbel hier niet een verouderd en naïef wereldbeeld? Tot op vandaag zijn er theologen die zich afvragen of Jozua eigenlijk niet had moeten zeggen: “Aarde, sta stil”. Sommige theologen zeggen zelfs ronduit dat Jozua en de Bijbel in dit opzicht achterhaald zijn.
Achterhaald
Ondertussen is dat wereldbeeld van Copernicus en Galileï in de astronomie ook alweer achterhaald. Astronomen gaan grote stappen verder. Volgens hun ontdekkingen is de zon op zijn beurt ook weer een ster die cirkelt om het centrum van de Melkweg, met een snelheid van ruim 200 km/s (720.000 km/u). Zelfs met die snelheid kost het ruim 200.000.000 jaar om een keer om dat centrum heen te cirkelen. Ja, en die Melkweg zelf schijnt ook nog te bewegen. Het is om van te duizelen.
Als je dat zo leest, kun je dan ooit nog stilzitten of stilstaan? Toch zitten astronomen ook wel eens stil, staan stil voor het verkeerslicht, en spreken zonder blikken of blozen over zonsopgang en zonsondergang.
Relatief
Hoe kan het dat ook astronomen soms gewoon spreken over een zon die opgaat, een andere keer over een aarde die draait om de zon, en nog weer een andere keer over een zon die beweegt? Dat is omdat ze geen van die uitspraken helemaal absoluut nemen. Eigenlijk, zeggen ze, mag je zelf kiezen welk standpunt je inneemt, wat je als referentie neemt. Het is allemaal maar betrekkelijk, relatief. Kies maar wat voor jou, op dat moment, het makkelijkst uitkomt.
Een paar voorbeelden:
- Doorgaans nemen we de aarde als vast punt. Dat doen we als we het hebben over zonsopgang, over de snelheid van een auto, of de plaats van een communicatiesatelliet boven de aarde. Die manier van denken leren we al als klein kind.
- Maar als je in een bewegende omgeving zit, in trein, auto, vliegtuig, en je hebt het over wat daar binnenin gebeurt, dan neem je die trein enz. als referentiepunt. Als je in een vliegtuig zit, dat met 900 km/u over de aardbol vliegt, en ze ziet een stewardess naar je toe komen, dan zeg je toch meestal niet: die stewardess gaat maar 898 km/u, en we halen haar zo meteen in””. Nee, je zegt zoiets als: “ze komt al naar ons toe”.
- Als je wilt duidelijk maken hoe de zon en de planeten bewegen, dan ga je uit van een stilstaande zon, waar de planeten omheen cirkelen. Dat maakt de beschrijving veel gemakkelijker dan wanneer je het vanuit de Melkweg of de aarde beschrijft.
Kortom, vanuit de natuurwetenschap gezien mag dit allemaal, en is geen van deze modellen fout of achterhaald. Er is wel een tak van de natuurkunde die zich druk maakt over de vraag hoe je van het ene naar het andere gezichtspunt kunt gaan. Want daar zitten een paar ingewikkelde aspecten aan.
Om het simpel te zeggen: theologen die vinden dat Jozua een achterhaald wereldbeeld had, hebben misschien zelf wel een verouderd beeld van de natuurwetenschap.
(JPCV)