Antwoord aan een dwaas

A


Wijsheidsspreuken zoals we die in de Bijbel vinden, vragen inspanning. Je moet erover nadenken, nog een keer goed luisteren, anders heb je er weinig aan.

Een voorbeeld uit Spreuken

                Antwoord een dwaas niet naar zijn dwaasheid,
                                anders zou ook u aan hem gelijk worden.
                Antwoord een dwaas naar zijn dwaasheid,
                                anders zou hij in zijn eigen ogen wijs zijn. (26: 4-5)

De Joodse rabbi’s vonden dit al een tegenstrijdigheid: de ene spreuk zegt dat je het wel moet doen, de andere verbiedt het juist – dat kan toch niet allebei? Maar ze maakten een paar denkfouten:

  • Spreuken staan niet op één lijn met geboden van God; ze zijn lessen uit het leven. Ze vertellen ons: zo gaat het in het leven – tenminste vaak – en daar moet je mee rekenen.
  • De rabbi’s lazen dit duo als twee verschillende spreuken. Maar je kunt deze verzen beter lezen als één spreuk die een zaak van twee kanten belicht.

Het vergt echt wijsheid om goed met dwazen om te gaan. De eerste 12 verzen van Spreuken 26 leggen uit hoe lastig dat is. Maar een algemene oplossing vind je er niet.
Zo wijst deze spreuk in vs. 4-5 op twee vervelende gevolgen, wanneer je een discussie hebt met een dwaas:

  • In het eerste geval loop je het gevaar dat je naar zijn niveau afzakt, en zelf dwaas wordt.
  • In het tweede geval kan de dwaas gaan denken dat hij wijs is, en wordt hij gesterkt in zijn dwaasheid.

Bij deze waarschuwing blijft het. Er staat niet wat dan wel het beste is om te doen. Daar moet je zelf  verder over doordenken:
Soms moet je de opmerking van een dwaas negeren; soms is het beter om zo te antwoorden dat de dwaasheid ervan zichtbaar wordt. Of je stelt een wedervraag. En er zijn nog meer mogelijkheden. Vraag de HERE om wijsheid.

Een voorbeeld uit het Nieuwe Testament

In de evangeliën vind je voorbeelden hoe een – nee, de Wijze omging met soms dwaze vragen. Bijvoorbeeld in Lukas 12:13-21. Terwijl de Here Jezus spreekt over vervolging en verdrukking en over eeuwig leven, komt daar iemand Hem vragen om scheidsrechter te zijn in een ruzie over aards bezit. Een dwaas met een dwaze vraag. Wat zegt onze Leraar dan? Hij geeft een dubbel antwoord.

  • De vrager krijgt een radicale afwijzing, op formele gronden: “Wie heeft mij tot rechter over u aangesteld?” Immers: deze dwaas vroeg om een juridische uitspraak; hij krijgt een juridische afwijzing.
  • Vervolgens richt Jezus zich tot de menigte om Hem heen, om die te onderwijzen waarom de vraag zo dwaas was.

Of de vrager zelf is blijven luisteren en ervan geleerd heeft? Dat vertelt Lukas niet. Daar gaat het ook niet om. De vraag aan ons is: hoe ga jij om met geld en goed?

Het kan je zomaar gebeuren

Die wijsheid hebben we hard nodig. Het kan je zomaar overkomen dat een medestudent of collega met kritische of lastige vragen komt: wat jij gelooft, wat de Bijbel leert, wie God is. Misschien zelfs dwaze vragen, die heel moeilijk goed te beantwoorden zijn. Soms lijk je in net zo’n dilemma te komen als in deze spreuk. Bid om wijsheid! De HERE heeft beloofd die te geven (Jakobus 1:5).

Tags

Categories