Er gebeurt heel veel in dit Bijbelboek. In hoofdstuk 1 is David nog roverhoofdman en vazal van de Filistijnen; in hoofdstuk 8 is hij een machtige koning; de Filistijnen heeft hij voorgoed uitgeschakeld en ook de andere buurvolken beven voor hem: waar hij ook heen gaat, de HERE geeft hem overal de overwinning.
Toch is het niet alleen maar een succesverhaal. Ja, hij wordt door de HERE gezegend om zijn trouw en toewijding, maar een groot deel van het boek gaat ook over ernstige zonden en de trieste gevolgen daarvan.
Om een beetje grip op de verhaallijn te houden, geven we hier een kort overzicht.
De grote lijnen in 2 Samuel
Hoofdstukken | Typering van de inhoud | schets |
1 – 4 | David wordt koning, eerst over Juda, dan over heel Israël, maar dat gaat niet zonder bloedvergieten. | 49 |
5 – 8 | Bevestiging van dat koningschap: overwinningen en grote beloften van de HERE voor David en zijn nakomelingen. | 50 |
9 – 12 | Het zijn sterke benen die de weelde kunnen dragen: Davids diepe val; straffen worden aangezegd. | 51 |
13 – 16 | Naar het dieptepunt: Absalom grijpt naar de koninklijke macht en verjaagt David. | 52 |
17 – 20 | Weer omhoog uit het diepe dal: David wordt in zijn koningschap hersteld. | 53 |
21 – 24 | God doet recht: Hij straft onrecht begaan door Sauls huis maar ook zonde aan Davids kant. David erkent in lied en profetie dat alle lof en dank aan de HERE toekomt. | 54 |