Schets 51: Glans verloren

S

Inleiding

Er is een spreekwoord: ‘Macht corrumpeert’. Mensen aan de top worden gaandeweg slechter door hun machtspositie. Dat komt niet door macht als zodanig. Bij David, en later Salomo, was het juist een goede gave van de HERE – maar wel een gave aan zondige mensen. Als wij zondaren niet gecorrigeerd en klein gehouden worden, kan zo’n machtspositie zomaar tot gevolg hebben dat we despoten worden, die zwaar zondigen en van de HERE vervreemden. Het is dan niet minder dan genade als we door Hem terug-gegeseld worden. Maar wat kan dat een pijn doen!

Schets 51: Glans verloren

“David deed recht en gerechtigheid aan heel zijn volk”, dat was de climax in 2 Samuel 8:15. In lijn daarmee zien we in hoofdstuk 9 hoe hij zijn belofte aan Jonathan nakomt. In 10 behaalt hij een klinkende overwinning op de Ammonieten, waarna Joab in 11 het karwei afrondt. David zelf blijft dan in Jeruzalem, ongetwijfeld om van daaruit aan heel zijn volk recht en gerechtigheid te doen…
Helaas, in hoofdstuk 12 valt hij diep; hij verliest al zijn geloofwaardigheid. Wat een anticlimax! Ja, de HERE vergeeft hem; het verbond blijft en hij zal niet sterven. Maar de HERE kondigt wel straffen aan, waardoor de rest van zijn koningschap zal worden getekend – en van zijn ‘huis’ na hem.

Voorstudie
Lees in de dagen/weken voor de bespreking de aangegeven Bijbelgedeelten en probeer de vragen te beantwoorden.

1.  2 Samuel 9: Mefiboseth.

  1. (1-4) “Omwille van Jonathan”, “de goedertierenheid van God”… – Weet je nog? Er was een verbond tussen David en Jonathan; wat hield dat in? Herlees en vertel na: 1 Samuel 20:14-17, 42.
  2. (5-8, 10) Wat heeft Ziba met het huis van Saul te maken? En Mefiboseth (zie 2:8-9 en 4:4)? Lodebar ligt in het Overjordaanse; waarom woont Mefiboseth daar? Wat spreekt David met hem af? Vs. 8 klinkt wel heel nederig; waarom, denk je?
  3. (9-13) Wat spreekt David met Ziba af? Wat voor status krijgen (1) Mefiboseth en (2) Ziba dus? [Onthouden! Dit tweetal komt verderop nog terug.] Wat denk je: gaat Ziba erop vooruit of achteruit?

2. 2 Samuel 10: Oorlog tegen Ammonieten en Syriërs

  1. (1-4) Wie was Nahas nog maar weer? Zie 1 Samuel 11. Waarschijnlijk heeft David sindsdien een betere relatie met hem opgebouwd. Wat beweren de vorsten tegenover Hanun? Gelooft hij hen? Wat is de symboliek van wat hij Davids gezanten aandoet?
  2. (5-7) Het vervolg: een kettingreactie die uitloopt op oorlog. Snap je de logica ervan?
  3. (8-14) Dreiging van twee kanten! Wat is Joabs strategie? Hoe kijkt hij tegen deze strijd aan? Hoe loopt die af?
  4. (15-19) De Syriërs wagen een tweede ronde. Geef verloop en afloop van die strijd in eigen woorden weer.

3. 2 Samuel 11: David. Bathseba, Uria                                                                   

  1. (1-8) Davids paleis staat op een hoge plek, vanwaar hij een goed overzicht over de stad heeft. Wat ziet hij, en wat doet hij? Wat verzint hij vervolgens om uit de problemen te komen? Past dat bij 8:15?
  2. (9-13) Hè, Uria werkt maar niet mee… – Vertel het na.
  3. (14-17) De enige oplossing toch? Vertel het na.
  4. (18-25) Joab instrueert de bode en David vertoont de gewenste reactie. Heel nuchter toch?
  5. (26-27) Vertel na hoe David de oplossing afrondt. Eind goed al goed… Eén probleem: welk?

4. 2 Samuel 12: Bestraffing en berouw

  1. (1-6) David krijgt bezoek van zijn vriend en hofprofeet Nathan. Die kan onderhoudend vertellen. Het gaat over een kwestie tussen een rijke en een arme man. Vertel het na. Wat vind je ervan? 
  2. (5-9) David wordt woedend op de rijke man en spreekt een hard oordeel uit. Terecht? Maar dan hoort hij: “U bent die man! Zo zegt de HEERE…”: Loop de opsomming na; zie je het verband met Nathans verhaal?
  3. (10-13) Ga het antwoord van de HERE na – slag na slag. Weeg dan Davids reactie: gaat dat niet te gemakkelijk? Maar betrek daarbij ook het antwoord van de HERE in 13b.
  4. (14-23) De eerste dreun; vertel het na. Let vooral op Davids gedrag: voordat het kind gestorven is ligt hij zeven dagen vastend en rouwend op de grond, en meteen daarna… Begrijp je zijn antwoord aan zijn dienaren?
  5. (24-25) David troost Bathseba. En de HERE troost hen beiden, hoe?
  6. (26-31) Aansluitend bij hoofdstuk 10 (nog steeds is Joab bezig Rabba te belegeren) krijgen we de afronding van de strijd met de Ammonieten. Vertel na. Hoe zwaar is de kroon (vs. 30); zal David die veel gedragen hebben? Wat denk je bij vs. 31?

Bespreking:
Zingen vooraf: Psalm 72:1,2

  1. Bespreek de voorstudievragen.
  2. Kijk daarbij ook op de website naar de tips en aanvullingen.

Zingen aan het eind: Psalm 51:2,5

Tags

Categories